“Frustraties lopen hoog op. Na 3 maanden evalueren” lees ik in het dossier.
Nieuwsgierig haal ik haar op uit de wachtkamer. “Wat goed dat je er bent! Ik ben Annemarie en jij komt bij mij.” Mooi, ze gaat in ieder geval mee. “Weet je al wat je hier komt doen?” vraag ik. “Ja, lezen, maar dat vind ik heel stom en schrijven kan ik niet.”
“O, vind je het lastig? Hier gaan we alles samen doen, wist je dat?
Je hoeft helemaal niets alleen te doen, ik ga je overal bij helpen.” Hmm, rustig aan maar, denk ik bij mezelf. Ik vertel over boekendiploma’s, en punten waarmee je spaart voor leuke cadeautjes. O, dat is wel leuk, toch maar een boek uitkiezen. Op het bord schrijven lukt echt nog niet…geen letter. Misschien de volgende keer. En ja, 4 weken later komt het eerste woord op het bord. Ik sta te juichen! De euforie is bij mij nog groter dan toen ik mijn eerste Ikea-kastje zonder hulp in elkaar zette.
Weer een paar weken later doen we het spel: Bouw je mooiste eiland. Bij elk woord dat ze opschrijft mag ze iets op haar eiland tekenen. Het wordt steeds mooier: twee palmbomen, een hangmat, en een tas vol lekkers. Na tien woorden vraag ik: “Hoeveel woorden heb je nog nodig om je eiland af te maken?” Ze denkt even na. “Ehm, drie……nee, vijf!”
Hoera! Het eiland is er. We kunnen verder bouwen.